Zit er muziek in 3-3?

Zit er muziek in 3-3? Die vraag kan pas worden beantwoord, als Caïsa-Eenhoorn 5 de bondscompetitie heeft beëindigd. Na het gelijkspel van gisteravond tegen Vredeburg scheiden twee overwinningen in de laatste duels de ploeg van het kampioenschap.

In de derde klasse C gaat de titelstrijd tussen vier teams: Attaqueer, Heerhugowaard 3, Vredeburg en Caïssa-Eenhoorn 5. De Heerhugowaarders zijn eigenlijk een buitenbeentje, want ze verloren in de tweede ronde met liefst 0-6 van Vredeburg. Officieel doen ze nog mee, maar hun bordpuntenachterstand is groot. Wel zorgde Heerhugowaard 3 donderdag in eigen huis voor een daverende verrassing door Attaqueer beentje te lichten. De Nibbixwouders hadden de ronde ervoor 3-3 gespeeld tegen Vredeburg.

Caïssa-Eenhoorn 5 mocht tevreden zijn met de uitslag van gisteravond tegen een van de concurrenten. Het treft nog Heerhugowaard 3 in De Kreek (7 februari) en Attaqueer in de kantine van ijsclub Nibbixwoud (17 maart) en gaat de slotfase van de competitie in met twee punten voorsprong op laatstgenoemde en drie op Vredeburg dat vanwege het oneven aantal ploegen een wedstrijd minder heeft geschaakt.

Door de onverwachte nederlaag van de Attaqueerders waren de spelers van beide topteams gisteravond in cultureel centrum Vredeburg in Limmen het over één aspect roerend met elkaar eens: de winnaar zou uitstekende zaken doen.

In de aanloop naar de topper kwamen de weermannen en -vrouwen met onheilspellende berichten. Het zou in de nacht van vrijdag op zaterdag plotseling gaan sneeuwen en ijzelen. Het bleek allemaal mee te vallen. Bij een temperatuur van een ietsje onder nul waren de wegen goed berijdbaar en veilig keerde iedereen huiswaarts.

Door de voorspellingen was het team tijdig op pad gegaan. Bij de voormalige boerderij Vredeburg – uit 1869 en een rijksmonument – zat de deur echter op slot en er brandde binnen geen licht. Een toevallige passant meende dat cultureel centrum Vredeburg tegenover de kerk stond, maar daar naar toe gelopen bleek dat het eerste adres toch het goede was. Na vijf minuten wachten arriveerde voorzitter Jos Admiraal die door onze vroege aankomst even verrast was en het alarm niet correct uitschakelde. Allerlei toeters en bellen gaven geluid, maar gelukkig kon hij een en ander herstellen en in volkomen rust werd de speelzaal betreden.

De stilte werd snel verbroken. Arnold van der Wolff ontdekte in een aanpalend, leeg en donker zaaltje een piano en vroeg aan Gijs Leene: ,,Kan jij piano spelen?’’ Wat vervolgens gebeurde deed denken aan oude tijden. Aan de eind vorig jaar overleden Russische grootmeester Mark Taimanov die op de witte en zwarte toetsen ook een wereldtopper was en dat tijdens schaaktoernooien wel eens liet horen. Gijs bracht een geweldige uitvoering van Beethovens pianosonate nr. 14 in cis mineur opus 27 nr. 2 ten gehore. Bij kenners beter bekend als de ‘Mondscheinsonate’ en die titel is ooit bedacht door kunstcriticus Ludwig Rellstab, de overgrootvader van de latere vermaarde Duitse schaker Ludwig Rellstab (1904-1983).

Monden vielen open van verbazing, ook bij de binnendruppelende Vredeburg-spelers. De voorstelling van Gijs duurde een kwartier en werd beloond met een daverend applaus van zijn vijf ploeggenoten. De toon voor een gezellige en sportieve avond was gezet. Menig speler van Caïssa-Eenhoorn 5 hielp mee met het klaarmaken van de tafels, Arnold deelde alvast de consumptiebonnen van Vredeburg uit.

De wedstrijd werd gekenmerkt door grote spanning en zo hoort dat bij een topwedstrijd. Arnold zelf nam het aan het derde bord op tegen Jos Admiraal, niet alleen voorzitter maar ook veertienvoudig clubkampioen. In een Franse partij verloor wit al snel een centrumpion. Caïssa-Eenhoorns routinier bleef desondanks de aanval zoeken en na een afruil van veel lichte stukken was het Limmer plusje een dubbelpion op de f-lijn. De dames werden eveneens naast het bord gezet en in een eindspel van alle torens plus lopers van ongelijke kleur vonden beide spelers elkaar in remise.

Arend Stapel ging aanvankelijk gelijk op met Niels Hageman. De Hoornse vierdebordman betreurde het dat hij geen dameruil was aangegaan, want via de open c-lijn kwam de Limmer vorstin in zijn stelling met verlies van zwarts b5-pion als resultaat. In een dame-eindspel met elk een loper en een paard kon Arend alleen maar verdedigen en door de grotere activiteit van de witte stukken verloor hij nog een pion. Zijn strijdlust is evenwel enorm. Na dame- en later paardruil belandde hij in een verloren stelling. Wit had vrijpionnen op de e6 en g5; de b-pionnen stonden tegen elkaar aan. Beiden hadden een zwartveldige loper als laatste materiaal. De witspeler verslikte zich echter in een loperoffer van Arend die daarmee de twee vrijpionnen won en de b-pion kon ophalen. Toen besefte zijn opponent dat er niet meer dan remise in zat.

Aan het vijfde bord speelde Gerard Groot een goede partij tegen Harold Ebels, al vond hij dat hij in het middenspel de beste voortzetting heeft gemist. Wit had wel lange tijd het initiatief. Al Limmer stukken stonden op de zesde, zevende en achtste rij, maar het lukte hem niet om de druk vast te houden. Na een grootscheepse afruil op d5 bleven dame, toren en het loperpaar over en was het evenwicht teruggekeerd.

Co Buysman zorgde tegen Ed Stolp voor de vierde remise op rij. In een Gesloten Siciliaan hielden beide spelers veel materiaal op het bord en stelden de rokade lang uit. Wit zou zelfs helemaal niet rokeren. Na een afruil van alle zware stukken op de open c-lijn beschikten de twee over het loperpaar, de paarden en zeven pionnen. De witveldige lopers werden geruil en Co oefende wat druk uit op een achtergebleven pion op d4, maar kon daar niets mee bereiken.

Ondertussen was Gijs Leene bezig met een uitstekende partij tegen Bert Hollander. Op het tweede bord verscheen een Gesloten Spaans, waarin wit gaandeweg werd teruggedrongen. Gijs koos voor de penning als wapen. Eerst stond een Limmer paard op f3 gepend, waardoor de Hoornse aanvallende zetten moeizaam konden worden beantwoord. Ook de h2-pion belandde in de penning en de mooiste kwam na 42. … Dc6 en was een gepende toren op f3 de achilleshiel voor de witspeler. Gijs had ondertussen een pion achterstand omgebogen naar een pion voorsprong met de vrijpion op de d-lijn als een scherp mes. Dat sneed door de witte verdediging met winst van beide torens als de kersen op de taart. Zo ver liet zijn opponent het niet komen.

Aan David Groen de taak om tegen Bob Stolp de wedstrijdwinst veilig te stellen. Beide spelers staken veel tijd in de Pirc-opening. De Hoornse kopman verraste zijn tegenstander met de Oostenrijkse aanval en zo bleek de tactische opstelling – David zat in de drie vorige wedstrijden aan het derde bord – aanvankelijk te werken. Wit compenseerde het verlies van een centrumpion voor een sterke positie van zijn zwartveldige loper op h6. De stelling bood beiden aanknopingspunten , maar ondertussen tikte de klok door. Nadat de witspeler zijn pion had teruggewonnen, gaf Davids uurwerk – op de dertigste zet – 0.31 aan en dat van zijn opponent 3.48. Op een cruciaal moment verzuimde wit met zijn loper op h6 een zwart paard op g7 te slaan, waarmee de remisekansen in stand zouden blijven. Na dameruil speelde datzelfde paard een belangrijke rol. Caïssa-Eenhoorns eerstebordman verloor zijn pionnen op de koningsvleugel en hoopte op de andere flank nog iets te kunnen bereiken. Torenruil werd gevolgd door een paardvork met schaak, waardoor David zijn b-pion verloor en het meteen einde verhaal was.

De Hoornse ploeg kwam in een zwart (donker) Limmen aan en verliet een wit Limmen, geheel in overeenstemming met de schaakkleuren. Maar toch met het gevoel dat over de gehele wedstrijd gezien er niet meer dan 3-3 had ingezeten.