Hoorenaissance (30)

Na anderhalve week is Nederland weer tot rust gekomen. Het besef dat wij afstand doen van onze koningin heeft meteen na de televisie-uitzending voor veel reacties gezorgd, maar inmiddels zijn we overgegaan tot de orde van de dag.

Afstand doen van de koningin is voor mij niets nieuws. Binnen een jaar heb ik dat drie keer meegemaakt. Het begon in april 2012, tijdens de vijfde ronde van het lenteveteranenkampioenschap van de Noordhollandse Schaakbond. Met zwart speelde ik tegen Leo Zuiver, de latere eindwinnaar van groep 2. De Franse opening was bijna voltooid en onderuitgezakt op de stoel dacht ik na over de dingen die zouden komen. Mijn ‘Willem-Alexander’ stond nog op de achtergrond, op e8; ‘Beatrix’ deed het werk. Na een ruil was zij op c6 terecht gekomen. Door dat onderuitzakken miste ik de positie van de koningsloper van Leo, die op f1 schuil ging in de nog niet gerokeerde stelling. Zijn zet naar b5 betekende de abdicatie van mijn vorstin. Er waren geen camera’s in de buurt.

Het najaar naderde; een nieuw seizoen met veel bondspartijen op hoog niveau. Spelen in de promotie- en eerste klasse, zoals eind september in Alkmaar tegen oud-clubgenoot Willem Meyles. Van de Oranjes is bekend dat de meeste gek zijn op paarden, maar de hobby werkte nu tegen de koningin. Ze kunnen nog wel eens een verrassende kant op springen en juist op het moment dat ik de teugels wilde aanhalen, gebeurde dat. Een schaakvork naar het vorstelijk echtpaar en ik kon het paard niet naar de stal brengen. Gelukkig geen uitgebreide verhalen de volgende dag in de kranten.

Weer een aantal maanden later. Het vuurwerk was achter de rug, de beste wensen uitgesproken. De eerste clubpartij van 2013 kon beginnen. En dat ging aanvankelijk goed. Vanuit het Engels een solide stelling opgebouwd, waarna alles in gereedheid werd gebracht om de volgende stap te zetten. Maar zo ver kwam het niet. Opnieuw sprong het damepaard van mijn opponent naar een veld dat tot de troonsafstand van mijn vorstin leidde. Ik speelde ditmaal tegen een – sympathiek – clubgenoot met republikeins bloed in de aderen.