Na de avonturen in de Haarlemse regio in de eerste helft van de bondscompetitie is Krommenie voor Caïssa-Eenhoorn 5 het terrein voor het tweede deel. De gelijknamige schaakclub hield zijn titelkansen vast door met 6½-1½ te zegevieren.

In hetzelfde buurthuis De Pelikaan wordt ook de gezamenlijke slotronde van de eerste klasse B gehouden en over een kleine twee maanden mag het vijfde dus nogmaals die kant op. Ondanks de forse nederlaag bleef de stemming goed. De laatste twee tegenstanders zijn de nummers zeven en zes van de ranglijst die twee en drie punten hebben. Met twee overwinningen kan Caïssa-Eenhoorn 5 de concurrenten passeren op voorwaarde dat ze in hun overige duels met lege handen blijven staan.

Er werd tegen Krommenie hard gestreden voor een goed resultaat. De thuisploeg zat met vier man met een rating van 2000 en meer achter de borden, waardoor al snel duidelijk was wie de outsidersrol had. Caïssa-Eenhoorn 5 trad aan met invaller Ben Zuurveld die in de clubcompetitie aan een sterk seizoen bezig is.

Ondanks de strijdlust gingen zes partijen verloren. Bij 2-0 scoorde Ton Hageman (rating 1708) aan het zesde bord tegen. Hij haalde tegen Erik Breedveld (1941) met fraai spel de winst binnen. In een Konings-Indiër ging het lang gelijk op. Nadat er in het middenspel drie lichte stukken waren geruild, had wit vrijpionnen op d5 en e4 met voor zwart er één tussenin: op d4. Die was veilig dankzij de zwartveldige loper als verdediger, terwijl wit over een witveldige loper beschikte. Met 19. … f5 legde Ton de basis voor het half openbreken van de f-lijn. Met een ingenieuze actie op de damevleugel viel hij daarna de Krommenieër dame aan. Hij voerde de manoeuvre Ta8-Ta6-Tb6 (aanval op de vorstin)-Tbf6 (verdubbeling torens) uit, waarmee de druk op de f-lijn toenam. De partij kreeg een snel einde, toen de witspeler zijn toren van f1 naar e1 verplaatste. Hij dacht zwarts eenmaal verdedigde loper op e5 twee keer te kunnen aanvallen, maar miste een soort mat achter de paaltjes. Het nemen van de loper betekende dan ook dameverlies.

Daarna liep Krommenie uit naar 6-1. De kopmannen Simon Groot (2044) en Co Buysman (1671) waren als laatsten bezig, waardoor die partij veel publiek trok. In het Engels was ook hier sprake van een gelijkopgaande strijd. Wit won de c7-pion, maar stond in het centrum wat kwetsbaar. Met name het Hoornse koningspaard had lange tijd geen goede velden. Beetje bij beetje nam zwart het initiatief over al leverde dat, nadat het zware materiaal naar de kant ging, geen groot voordeel op. In het eindspel beschikte Simon over een vrijpion op de b-lijn en Co had er één op de e-lijn. Er waren voor beiden pionnen op de g- en h-lijn, terwijl zwart een actief paard had en wit met zijn loper de witte velden bestreek. De twee vrijpionnen gingen eraf, maar wits koning moest toen een flinke wandeling maken naar de andere flank, waar de h-pion door het paard werd geslagen. Dat plusje bleek voor zwart echter onvoldoende om verder te komen dan remise.

Krommenie (1968) – Caïssa-Eenhoorn 5 (1688) 6-1½