13e Week in De Kreek

De eerste clubgenoot die ik – aan de bar – in de 13e week in De Kreek tegenkom, is Arnold van der Wolff. En laat ik nu net zo’n twee uur eerder een mailtje hebben gekregen van Karel Šlechta!

Er is een verband tussen Arnold en Karel: schaakpostzegels. Enkele jaren geleden kreeg ik van Arnold een  stapeltje nieuwsbrieven van de Motiefgroep Schaakfilatelie. Die is op 25 februari 1984 opgericht door schakende filatelisten en filatelende schakisten. Ze verzamelen postzegels met schaakmotieven. Ook schaakfilatelie is een onderdeel van de schaakhistorie en informatie op dat gebied vind ik interessant. Op de ledenlijst van 1 oktober 1989 kom ik een lid van de Hoornse schaakvereniging Caïssa (Arnold) tegen, een tweede West-Fries (Tuinenburg uit Opperdoes) en nog eens zeven mensen uit het gebied van de Noordhollandse Schaakbond; de meeste uit Haarlem en omgeving. Verder weet ik dat onze te vroeg overleden clubgenoot Ruud Velthuis schaakpostzegels heeft verzameld en dat Frank Tieken dat nog steeds doet.

In de jaren negentig werd het verzamelen uitgebreid en ging het niet meer om postzegels alleen. De naam werd veranderd in Motiefgroep Schaken, het clubblad heette voortaan De Schaakkoerier. In het nummer van november 1996 wordt Karel Šlechta genoemd. Hij heeft een van de redacteuren informatie over Slowaakse postzegels met Wolfgang von Kempelen (de uitvinder van de mechanische turk, de eerste ‘schaakcomputer’) erop toegestuurd. Kijk voor de aardigheid eens op de website ‘scacchis.nl’, van Heerhugowaard-speler Rob Spaans, ook bekend als de schaakboekenstalletjesman op het Tata Steel Chess-toernooi. Bij de Motiefgroep Schaken wordt op een andere manier naar het schaken gekeken dan alleen naar partij-analyses en eindspelstudies en dat levert menigmaal een, soms letterlijk, bijzonder plaatje op.

Toen ik in oktober meedeed met het Chess Train-toernooi, was Karel Šlechta de eerste deelnemer met wie ik een uitgebreid praatje had. Vlakbij de eerste grensovergang (Tsjechië-Oostenrijk) die we moesten passeren, stond de trein zo’n drie kwartier stil. De Tsjechische locomotief mocht niet verder, er moest een Oostenrijkse voor in de plaats komen. De pauze bood een mooie gelegenheid om met enkele van al die onbekende schakers kennis te maken en Karel stond toevallig achter me, toen we uitstapten en op het perron de tijd wilden doden.

Hij is 73 jaar en was een halve eeuw geleden begonnen met het verzamelen van postzegels. Karel gold als een van de belangrijkste filatelisten van Tsjechië, maar anno 2014 boeien de schaakpostzegels hem vooral. Zijn vereniging is ŠK Sokol Vyšehrad. ŠK staat voor Šachového Klubu, Sokol is het Tsjechisch voor valk (wij hebben de eenhoorn, zij hebben de valk) en Vyšehrad is een wijk in de Praagse Oude Stad. Schakend treinen was voor hem niet nieuw; hij deed voor de vierde keer mee. Zijn schaakclub wordt gesponsord door de Tsjechische Spoorwegen, ook de sponsor van het schaaktreintoernooi. Karel heeft overigens een FIDE-rating van 1893 en een nationale van 1947. Op de laatste dag speelden we, in het kader van de tiende ronde, nog een spectaculaire partij. In het Frans zochten we allebei de aanval en na 48 zetten was het: hij mat of ik mat. Karel had wit en mocht zetten.

Ik vertelde hem dat ik thuis nog een paar schaakpostzegels had en dat ik die naar hem zou opsturen. Twee uur voor ik Arnold zag staan, mailde hij dat de enveloppe was aangekomen en schreef een dankwoord in het Engels.

O ja, we hebben ook nog geschaakt in De Kreek. In de tweede serie van vierkampen is Tom Richters een van mijn opponenten. Tegen Joop Mus heeft hij in een eindspel met vier torens een pion meer, maar een wereldzet van Joop kost hem zoveel hoofdbrekens dat Tom in een winnende stelling door zijn vlag gaat. Een ronde verder heeft hij tegen Wout Druijf de kwaliteit en twee pionnen meer en weer is het de verduvelde klok die de op winst staande Tom parten speelt.

We hadden het net over een vogel; voor mij is Tom Richters de pechvogel van de tweede rapidavond.