Schaakmat 2 schaakmat

Uitgerekend in de laatste partij kwam het toch nog voor. Een speler van Schaakmat werd schaakmat gezet. In een spectaculaire en spannende partij trok Arend Stapel tegen Peter Krul aan het langste eind en bezorgde Caïssa-Eenhoorn 5 dinsdagavond een 1-5 overwinning.

De uitslag viel onderwacht hoog uit. Om kwart over elf was de tussenstand slechts 1-2 en daar hoefde de gastploeg niet over te mopperen. Op de resterende borden stonden David Groen en Gerard Groot er overigens met stukwinst prima voor en Arend rondde het aansluitend al even fraai af.

Gijs Leene opende in Zuid-Scharwoude de score. Tegen Henk de Graaf ging het lang gelijk op. Alle lichten stukken werden geruild en na dameruil raakte Caïssa-Eenhoorns aanwinst een randpion achter, al was zijn compensatie een ver opgerukte e-pion. De activiteit van de Hoornse torens beslisten de strijd. Wit koos voor enkele verdedigende zetten en schatte een torenruil verkeerd in. Opeens kreeg de zwartspeler een vrijpion op c3 die niet meer af te stoppen was.

Kopman Arnold van der Wolff had na vijf zetten de pionnenmuur c4-d4-e4-f4 opgebouwd. Na 21 zetten stonden alle pionnen nog steeds op het bord, al had André van Etten daarachter weinig ruimte om zijn stukken goed neer te zetten. Toen de druk op de zwarte stelling het hoogtepunt bereikte, speelde Arnold een foutieve damezet en offerde vervolgens een loper voor twee pionnen. Ineens waren de rollen volledig omgedraaid. Door de ruimte die er op de koningsvleugel was ontstaan, kreeg de Schaakmat-speler een mat in zeven voorgeschoteld. Met weinig tijd op de klok had hij echter meer oog voor een witte vrijpion op f6 die werd geëlimineerd. Het tempo bood wit een ontsnappingsroute. Nu profiteerde hij van de ruimte door op zetherhaling aan te sturen.

Ondertussen had Co Buysman in een gelijke stelling een remise-aanbod gekregen. Nadat Jaap Landman in het middenspel een sterke paardzet had gemist, kreeg de teamleider van het vijfde de controle over de partij terug. Hij overzag echter pionwinst die hij meende te halen na het à tempo gespeelde 24. … f5. Er zaten echter wat dreigingen in de stelling, waardoor zwart de beoogde zet niet kon spelen. Na het aanbod wachtte Co eerst af of Arnold stand kon houden en toen dat was gelukt, accepteerde hij het halfje in de wetenschap dat David Groen een stuk meer had.

David bracht de tussenstand op 1-3. In een Spaanse partij had hij een positioneel overwicht, toen Dirk Boontjes een loper gaf. Het was de inleiding tot een spectaculaire fase, waarin meerdere stukken van het bord gingen. Aan het einde van de massale afruil stond wit nog steeds de loper voor en hadden beiden de dame en een toren. De druk van David op de koningsstelling was zo groot dat zwarts compensatie van drie extra pionnen niets betekende. Vervolgens verdedigde de Schaakmat-speler verkeerd en hij staakte zijn verzet, nadat dameverlies in aantocht was.

In het culturele en educatieve centrum De Binding boekte Gerard Groot zijn eerste bondszege van dit seizoen. Hij trek tegen Frans Scholtes meteen het initiatief naar zich toe en had op de zestiende zet pionwinst te pakken. In het late middenspel kon wit zijn voorsprong uitbreiden, maar koos voor een mindere voortzetting. Zijn Langedijker opponent herstelde het evenwicht om aansluitend een stuk in te leveren. In een gecompliceerde stelling kwam Gerard als overwinnaar uit de bus. Hij ging het dame-eindspel in met als extra’s een loper en paard, maar met weinig tijd over moest hij zich aan een reeks schaakjes ontworstelen en dat kostte een stuk. De vlag maakte een plotseling einde aan de spannende partij.

En toen waren alle ogen gericht op het tweede bord. Peter Krul (wit) en Arend Stapel deden lange tijd niet voor elkaar onder. Er werd op een vol bord veel gemanoeuvreerd, maar gaandeweg nam de druk op de Langedijker stelling toe. Arend was de baas op de diagonaal a8-h1 en op laatstgenoemd veld stond de witte koning bepaald niet veilig. Er kwam meer ruimte en dat bood zwart de gelegenheid om de pressie op de koningsvleugel op te voeren. Maar zijn opponent zat niet stil en op weg naar een eindspel met alle zware stukken en lopers van ongelijke kleur was de balans in evenwicht. Door het open karakter dat ondertussen was ontstaan, viel het door allerlei dreigingen over en weer niet mee om alles goed te berekenen, terwijl de klok doortikte. Beiden hadden grote winstkansen; Arend pakte zijn mogelijkheid meteen. Zijn loper op b7, daar op de zesde zet geposteerd, bleek na 59 zetten goud waard. Het schaakje opende de weg naar het schaakmat, waarmee de eindstand van de wedstrijd op 1-5 werd bepaald.