Schaakpuzzels en schaakpuzzels

Je hebt schaakpuzzels en schaakpuzzels. Die op de foto hieronder is binnen de vier uur opgelost, die van de elfde ronde van het Midzomertoernooi in meer dan vier uur.

De laatstgenoemde schaakpuzzel betreft mijn deelname aan het traditionele evenement in Bovenkarspel. Op alle woensdagavonden in juni, juli en augustus wordt er gespeeld in het Vereenigingsgebouw, waar De Groene Zes zijn thuishaven heeft. Aan de zijkant van de grote feestzaal, achterin het pand, is een mooie ruimte om wekelijks met ruim twintig man, en soms een vrouw, de zetten te doen.

De schaakpuzzel van Jan van Haasteren telt vijfhonderd stukjes, de schaakpuzzel van George Tadrous en mij vijfhonderd hoofdbrekens. In de elfde ronde gaat het in een spannende strijd lang gelijkop, tot George – met zwart – een stuk verliest. Fritz springt even later voor de witspeler naar plus 4,5 en houdt dat heel lang vol. Een teken dat wit geen rare capriolen uithaalt.

Het wordt een lange zit. We belanden in een eindspel van toren tegen toren met loper plus randpion. De meerderheid aan materiaal berust in mijn handen en al gauw zie ik een plezier aspect: het promotieveld (a8) heeft de goede kleur. Dat betekent dat torenruil automatisch winst betekent. Daar speel ik een paar keer op, maar mijn opponent gaat dat verstandig uit de weg.

Iedereen is uitgespeeld, ik zit ondertussen in toegevoegde tijd (tien seconden) te schaken en clubgenoot Arnold van der Wolff neemt de notatie over. Er is veel belangstelling rond het bord. Na 106 zetten heb ik nog weinig vooruitgang geboekt en dan merk je het verschil tussen een schaker van gemiddeld niveau en een clubgenoot als Sjors Broersen – basisspeler van Caïssa-Eenhoorn 2 – die in de afgelopen bondscompetitie een eindspel met loper en paard tegen koning alleen zeer kundig behandelde.

Een witte vrijpion staat op a6, verdedigd door een loper op b7 of c8. Beiden hebben een toren. Als na middernacht de strijd voorbij is en ik – met enige hulp van zwart – na zo’n honderdvijftig zetten (jazeker, een persoonlijk record) heb gewonnen, zijn de mede-deelnemers het niet met elkaar eens. De een denkt dat het remise is, de ander ziet mogelijkheden voor wit. Daarom een vraag aan alle Caïssa-Eenhoorn-spelers en andere schaakliefhebbers. Hoe is onderstaand eindspel te winnen?