Teleurstelling voor Caïssa-Eenhoorn 4

Voor Caïssa-Eenhoorn 4 is de tweede bondsronde teleurstellend verlopen. Hoewel Schaakgroep Koedijk met een zevental in De Kreek aanwezig was, ging de eerste thuiswedstrijd van het seizoen met 3-5 verloren.

Met vertraging kwam de halve Koedijk-ploeg aan in Zwaag, omdat de tweede chauffeur lang en tevergeefs had gewacht op een van de spelers met wie eerder op de dag wel het vertrektijdstip was afgesproken. Gerrit Roos zat daardoor eenzaam aan het tweede bord, maar van de snelle 1-0 voorsprong had Caïssa-Eenhoorn 4 niet lang plezier. Aad Laan behandelde de Petroff-verdediging verkeerd (stukverlies) en keek na negen zetten tegen een verloren stelling aan.

Vervolgens kwam er een vlotte winstpartij bij. Witspeler Gerard Groot kreeg al op de dertiende zet een stevige pion op e6. Bovendien had hij positioneel voordeel dankzij een actieve opstelling van zijn stukken. Vooral de koningsvleugel van Gerard van der Graaf was kwetsbaar, waarna zwart besefte dat er geen eer te behalen viel.

Aan het eerste bord snoepte Ton Wessels een pionnetje mee in de Tarrasch-variant van het Frans. Omdat zwart een flinke achterstand in ontwikkeling had, durfde Brian Möllenkamp er wel een kwaliteitsoffer tegenaan te gooien. Vervolgens deed hij een paard in de aanbieding, maar door de ontstane ruimte werden zijn overgebleven stukken (dame, toren en het loperpaar) levensgevaarlijk. Een aanval over de koningsvleugel kon niet worden gestuit: 2-2.

Frans Kragten stelde de ontwikkeling van zijn damevleugel enige tijd uit. Toen Paul Roomer op de andere flank begon aan te dringen, leek zwart de stelling te kunnen controleren. Een te laat gespeelde … Lf5-zet van de Caïssa-Eenhoorn-routinier bood wit de kans op een mat in twee. Op zijn beurt speelde hij Dh6 een zet te laat. Frans kon nu wel alle dreigingen afwenden en na een lange paardmanoeuvre staakte zijn opponent de strijd, omdat hij de kwaliteit ging verliezen en een stelling zonder mogelijkheden overhield.

De thuisploeg profiteerde niet van het mazzeltje, want daarna ging het op alle borden mis. Frank Tieken kwam goed uit de opening, maar kreeg een centrumaanval tegen zich. Nu was het Rinus Roskam die als witspeler een voor zwart vervelende pion op e6 posteerde. De beslissing viel, toen een onverdedigd paard sneuvelde. Frank sputterde nog wel wat tegen, omdat hij met opgeschoven pionnen druk uitoefende op de damevleugel. De Koedijk-speler had zijn verdediging op niveau en kon zelf op de andere flank een mataanval opzetten.

Arnold van der Wolff ging gelijkop met Jan van Dam, maar er kwamen scheurtjes in de stelling toen hij voor een open d- in plaats van open c-lijn ging. Een kwaliteitsoffer daarop pakte niet goed uit. Ter compensatie had wit tijdelijk twee pionnen, maar in het eindspel was de materiële voorsprong van de zwartspeler nog steeds groot: de kwaliteit voor een pion. Tot overmaat van ramp miste wit met zijn laatste zet een mat in twee.

Ondertussen keek Fred Avis lang tegen een stelling met mogelijkheden aan. Met zwart zette hij meteen Jan Barteling – die zijn f-pion voor ontwikkeling had geofferd – onder druk. Ondanks op het oog krakkemikkige verdedigingen kozen beiden voor de korte rokade. Het verhoogde de amusentswaarde van de partij. Zwart speelde op kwaliteitswinst, wit had de pion op f7 (… g5 was al gespeeld) in het vizier. Na een korte slijtageslag had Fred een loper tegen drie pionnen, maar zag de Koedijker aanval er sterk uit. Het Hoornse voordeel was ondertussen verdampt en wit probeerde zijn vrijpionnen in stelling te brengen. Op de 35e zet had de clubvoorzitter met driemaal dezelfde stelling remise binnen bereik. Door de 3-4 stand schoot het team daar niets mee op. Zwart bleef op de winst spelen en moest daar duur voor betalen, toen de h-pion niet meer af te stoppen bleek.