Bijzonder normaal (12)

Het zijn bijzondere tijden. Ook in 2021 vragen we ons af wanneer het normale schaakleven terugkeert: de clubavonden op dinsdag, de jeugdavonden op vrijdag, de bondswedstrijden op zaterdag, de kampioenschappen en de toernooien. Tot het zover is, ga ik op zoek naar bijzondere schaakevenementen op normale dagen. In deel 12: de eerste aflevering van ‘Stuk voor stuk’, de schaakrubriek van Peter Doggers, in de krant van 13 november 1996.

De kop in de eerste aflevering van 'Stuk voor stuk'.

De schaakrubriek heeft een lange geschiedenis. Waarschijnlijk is de Amsterdamse krant Algemeen Handelsblad de eerste die er mee begint, op maandag 23 november 1846.

De eerste schaakrubriek, in het Algemeen Handelsblad van 23 november 1846.

Het is de tijd dat de dame koningin wordt genoemd, de toren een kasteel is en de loper een raadsheer. Er staat geen diagram in de rubriek, de stelling wordt in tekst vermeld. ,,Wit speelt eerst en geeft bij den 3den zet schaakmat.’’ De componist van het eindspel is niet bekend.

De oplossing: 1. Dd5+ Kxd5 (… Kb6 2. Dxb7#) 2. Pd4 en ongeacht wat zwart speelt 3. e4#.

Drie weken later wordt voor het eerst een diagram geplaatst alsmede de initialen van de oplossers: vier schaakliefhebbers en een schaakgezelschap uit het Friese Sloten. Na een paar maanden is het aantal deelnemers flink gestegen en op 25 januari 1847 komen we de eerste Hoornse inzending tegen: van K. Mogelijk Julien Karis, die een trouw oplosser wordt en zelf ook aan het componeren slaat. Hij zal in enkele jaren tijd ruim zeventig probleemstellingen maken en op dat gebied een van de actiefste in Nederland zijn.

Op 12 april 1847 twee initialen uit Hoorn: d. B. K. en W. N. Het zou kunnen gaan om De Bruyn Kops en de apotheker Willem Nijssen. Een kleine tweehonderd jaar geleden werd het schaken vooral beoefend door mensen met koopkracht: de notabelen, medici, militairen en de geestelijkheid. A. J. v. d. L. uit Grootebroek, die eveneens in het overzicht staat, is zeer waarschijnlijk dominee Arie van der Lee. In 1848 en 1849 heb ik nog zes oplossers uit Hoorn gevonden.

De schaakrubriek in het Algemeen Handelsblad van 25 januari 1847. Bij de oplossers staat in de vierde regel 'K. te Hoorn'. Na hem komt Jan Willem van der Wulp uit Medemblik.

In de rubriek van 12 april 1847 staan - weer in de vierde regel - twee Hoornse namen: Willem Nijssen en De Bruyn Kops? En wat verderop dominee Arie Johannes van der Lee uit Grootebroek? Nederland heeft in die tijd geen schaakclubs, maar schaakgezelschappen. Onder meer in Zwolle, Wijk bij Duurstede, Leidschendam, Delft, Breda en in Amsterdam Inspanning tot Uitspanning. Hoorn heeft in 1825 het schaakgezelschap van In- tot Uitspanning gehad.

Vrijwel alle kranten (dag- en nieuwsbladen) in Nederland hebben een schaakrubriek gehad. Het Nieuws van den Dag is er in 1876 mee begonnen, De Tijd in 1885, de Haagsche Courant in 1900, De Telegraaf in 1902 en Het Volk in 1912 om een aantal landelijke bladen te noemen. Kijken we naar Noord-Holland: Schager Courant in 1866, Alkmaarsche Courant in 1893, Haarlem’s Dagblad in 1901, Zaanlandsch Nieuws- en Advertentieblad in 1907, ’t Vliegend Blaadje (Den Helder) in 1911, Enkhuizer Courant in 1912, Heldersche Courant in 1914, De Drie Meren (Beemster, Schermer en Purmerend) in 1924, Zaanlandsche Courant in 1925 en Texelsche Courant in 1928.

En hoe staat het in Hoorn? De Hoornsche Courant bijt op zaterdag 7 februari 1914 het spits af. Daar schrijft de redactie linksboven op de voorpagina onder de kop ‘Onze nieuwe rubriek’ het volgende: ,,Gelijk onzen lezers zal blijken wordt in dit nummer weder een nieuwe rubriek geopend en wel ‘Schaken en dammen’. In Hoorn en in de omgeving wordt het dam- en schaakspel algemeen beoefend en – wat nog meer zegt – er zijn in Westfriesland heel wat uitstekende spelers. We zijn overtuigd dat die velen dus in de eerste plaats deze nieuwe rubriek met genoegen zullen zien. Maar we hopen er meerderen mede te gerieven. We weten dat velen gaarne bedoelde spelen zouden willen beoefenen, maar ze missen een goede geregelde leiding. Ook deze zal de nieuwe rubriek geven. We hopen daarmede te bereiken dat ons blad nog meer welkom zal zijn aan onze abonné’s en een aantrekkingskracht te meer op hen zal uitoefenen. De verzorging dezer nieuwe rubriek zullen we niet zelf op ons nemen. We zijn zelf nog leerling. We hebben haar overgedragen aan deskundigen, wier streven zal zijn de schaak- en damrubriek zoo goed mogelijk aan ’t vooropgezette doel te beantwoorden. We geven thans het woord aan hen.’’

Omdat de diagrammen niet tijdig zijn bezorgd, staat de eerste rubriek in de krant van 21 februari. Het schaakdeel heeft een diagram met de beginstelling en een uitleg over hoe de stukken worden genoemd en hoe ze bewegen. De gevorderden mogen het volgende probleem oplossen:

Wit geeft in twee zetten mat.

De oplossing:
1. Tf8 Kxf8 of … Lb1 2. Pbc6#.
1. Tf8 Lxa8 of … Lh1 2. Pg6#.
1. Tf8 d5 2. Da3#.

Er zijn zeven goede inzendingen: C. Aaij (Bangert), H. Anepool (Hoorn), E. en co (Hoorn), H.A. van Foreest (Oosthuizen), D. Keetbaas (Hoorn), P. Meyer (Hoorn) en mejuffrouw Nanny Windemuller (Apeldoorn). Van Foreest is Hendrik Albert, de dan 15-jarige oudste zoon van jonkheer Dirk van Foreest. Als huisarts in Oosthuizen komt Dirk van Foreest regelmatig naar Hoorn om spullen op te halen. Voor de eeuwwisseling behoort hij tot de sterkste schakers van Nederland en speelt regelmatig simultaanwedstrijden bij de in 1908 opgerichte Hoornsche Dam- en Schaakclub.

Het vierde probleem is van P.V. uit Hoorn en dat moet wel Piet Velzeboer zijn, de latere voorzitter van Caïssa.

Wit aan zet geeft mat in twee. De oplossing: 1. d8P Kb8 2. Pc6#.

In deze periode wordt het zaadje voor honderd jaar georganiseerd schaken in Hoorn geplant. Aaij en Keetbaas zijn bekende namen in de eerste Caïssa-jaren. De schaakrubriek in de Hoornsche Courant van 30 mei 1914 is ondertekend met T.T. en dat kan Theo Taverne zijn, de latere notaris en Caïssa-speler.

Door verschillende omstandigheden, onder meer de mobilisatie, houdt de rubriek het niet lang vol en dat geldt ook voor de doorstart in oktober 1916. Het Hoornse schaken zakt in, maar niet voor lang. Op 15 januari 1923 wordt Caïssa opgericht.

Nog geen maand later verschijnt in het Hoornse nieuwsblad Onze Courant de rubriek ‘Dam- en schaakspel’. De eerste aflevering is op vrijdag 9 februari 1923. Dammen is in Westfriesland populairder dan schaken. Mogelijk hebben de Caïssa-oprichters Ruijgrok en Van den Dungen (werkzaam op het kantoor van Onze Courant, aan het Nieuwland 10) gedacht dat hun doel – de schaaksport en de schaakvereniging promoten – meer kans van slagen heeft door een gezamenlijke rubriek in hun eigen krant te starten. De damredacteur is J. Wagenaar jr (Oosterblokker). Caïssa-secretaris Cornelis Kooij zorgt voor de schaakteksten.

De schaakintroductie in het eerste 'Dam- en schaakspel' in Onze Courant van 9 februari 1923.

De gezamenlijke rubriek houdt zeven weken stand. Met ingang van woensdag 28 maart 1923 is Onze Courant veranderd van ‘RK nieuws- en advertentieblad’ in het ‘katholiek dagblad voor Westfriesland’, zoals onder de naam wordt aangegeven. In een lange eenkolommer op de voorpagina wordt uitgelegd wat de lezer kan verwachten. ,,De liefhebbers van sport, van schaken en dammen, zullen ook in OC hun goed verzorgde rubrieken vinden.’’

Op zaterdag 7 april 1923 verschijnt voor het eerst de wekelijkse rubriek ‘Schaakspel’. Daarin wordt een begin gemaakt met een bekend onderdeel van vrijwel alle schaakrubrieken in den lande: de probleemwedstrijd. Lezers kunnen de probleemstelling oplossen en meedingen naar de door de directie van Onze Courant beschikbaar gestelde prijs. Het eerste probleem ziet er als volgt uit:

Het eeerste schaakprobleem in Onze Courant van 7 april 1923.

De oplossing: 1. Thg7. Ongeacht wat zwart speelt, gaat een van de torens op de tweede zet naar de achtste rij.

Twee weken later worden de eerste inzenders met de oplossing genoemd. Het zijn er tien, alleen hun initialen zijn vermeld: C. A. (Hoorn), J. B. (Bovenkarspel), A. v.d. B. (Hoorn), E.J. v.d. B. (Hoorn), H. v.d. D. (Hoorn), P.A. F. (Hoorn), Joh. H. (Hoorn), M. H. (Zwaagdijk), C.W. K. (Hoorn) en Joh. T. (Hoorn). Van de acht Hoornse schaakliefhebbers gaat het bij vijf waarschijnlijk om Anton van den Burgh, Evert Jan van den Berg, H. van den Dungen, Jo Heideman en Cornelis Kooij die lid zijn of later lid worden van Caïssa.

De wedstrijd telt dertien probleemstellingen. Drie deelnemers hebben ze allemaal opgelost. Het zijn E.J. v.d. B., H. v.d. D. en Joh. H., allen uit Hoorn en als het om Van den Berg, Van den Dungen en Heideman gaat – misschien niet geheel toevallig – lid van Caïssa. Bij loting wint Joh. H. het uitgeloofde kunstvoorwerp.

Uit de krant van 14 juli 1923.

De schaakrubriek in Onze Courant, later Westfriesch Dagblad geheten en na de Tweede Wereldoorlog Noordhollands Dagblad, houdt lang stand. In de krant van 26 maart 1932 – vier dagen voor zijn negentiende verjaardag – staat de eerste probleemstelling van Jac. Haring, speler van Caïssa en na zijn overlijden in 1989 door de FIDE tot grootmeester in de schaakcompositie benoemd.

Wit geeft mat in twee.

Oplossing:
1. Pd8 (dreigt Pe6#) Kc5 2. Pe4#.
1. Pd8 Txf2+ 2. Lxf2#.
1. Pd8 Pc7 2. Dxe5#.
1. Pd8 Pc5 2. Pc6#.
1. Pd8 c2 2. Pd1#.

In het verzuilde Nederland is het rooms-katholieke Onze Courant een concurrent van de neutrale Nieuwe Hoornsche Courant. Ondertussen begint Max Euwe zich op het internationale vlak meer en meer te roeren, terwijl de eerste president van de in 1924 opgerichte wereldschaakbond mr. Alexander Rueb (uit Den Haag) is. De schaakdip is voorbij. Op zaterdag 3 januari 1925 laat de Nieuwe Hoornsche Courant zijn lezers het volgende weten:

De eerste schaakrubriek van Caïssa-speler Piet Velzeboer, in de Nieuwe Hoornse Courant van 3 januari 1925.

,,Het mag een verblijdend teeken in de schaakwereld heeten dat het schaakspel zich den laatsten tijd verheugt in een steeds wassend aantal beoefenaars, hetgeen het best tot uiting komt in den groei van den Nederlandschen Schaakbond en het aantal aangesloten clubs. Ook in West-Friesland is de belangstelling voor dit schoonste der spelen zoo vooruitgegaan dat, naar wij vermoeden, een schaakrubriek in een gevoelde behoefte zal voorzien en zou kunnen medewerken om het schaken in nog breederen kring te verbreiden en op hooger peil te brengen.
Nu is ons voornemen wekelijks in deze rubriek te geven: een of meer van annotaties voorziene partijen, een eindspelstudie en een probleem, terwijl tevens een bespreking van verschillende openingen voor verscheidene beginners niet gemist mag worden.
Ten slotte zou het zeer op prijs gesteld worden indien alle schaaknieuws uit West-Friesland ons kon geworden en zullen vragen, het schaakspel betreffende, door ons zooveel mogelijk beantwoord worden.
Men gelieve alle correspondentie, betrekking hebbende op deze rubriek, te richten aan:
P. TH. M. VELZEBOER, Veenenlaan 1 h, Hoorn.''

Het adres moet Veenenlaan 17 zijn, maar het gaat wel degelijk om Caïssa-speler Piet Velzeboer. Hij werkte bijna vier jaar als schaakredacteur. Zijn laatste aflevering is op dinsdag 25 september 1928. Daarna gaat de rubriek op in het ‘grote geheel’, waar later meer redacties toe besluiten. Veel kranten werken in verschillende organisaties als de Persunie en de Gemeenschappelijke Persdienst samen en het is goedkoper om één schaakredacteur voor dat samenwerkingsverband in te zetten dan dat alle aangesloten bladen elk hun eigen (regionale) man hebben. De schaakrubrieken zien er dan ook hetzelfde uit. Het nationale en internationale schaakleven wordt gevolgd door partijnotaties te plaatsen en daarnaast is er ruimte voor een probleemstelling. Ook de regionale Noord-Hollandse kranten – in Hoorn, Alkmaar, Purmerend en andere steden – gaan daar jarenlang in mee.

Maar ineens, op 13 november 1996, is daar het Dagblad voor West-Friesland met een nieuwe rubriek. ‘Stuk voor stuk’ is de naam van de schaakrubriek die elke woensdag verschijnt. Als schaakredacteur is Peter Doggers aangetrokken. Hij heeft contact gelegd met de Westfriese schaakverenigingen en is goed op de hoogte van het wel en wee in de Westfriese schaakwereld. De tijd zit ook niet tegen. GZ/De Eenhoorn is gepromoveerd naar de landelijke derde klasse, stadgenoot Dirk Beemster organiseert allerlei toernooien, Caïssa is op weg naar zijn 75e verjaardag, Dimitri Reinderman timmert aan de weg en dat geldt eveneens voor clubs als Aartswoud, Attaqueer en KTV.

In het Dagblad voor West-Friesland van woensdag 13 november 1996 verschijnt de eerste schaakrubriek van Peter Doggers.

 

 

Peter heeft voor een unieke aanpak gekozen. Alleen het Westfriese schaken staat centraal in zijn rubriek; regionale journalistiek in optima forma. Er zullen de afgelopen honderd jaar in Nederland weinig kranten zijn geweest die een dergelijke schaakrubriek in hun kolommen hebben gehad.

Veel Westfriese schakers kijken wekelijks uit naar ‘Stuk voor stuk’. Hij volgt clubcompetities, nationale kampioenschappen met regionale deelnemers, de bondswedstrijden, toernooien en er is ruimte om opvallende partijen van spelers te analyseren. Op menig clubavond wordt er over de rubriek gesproken.

Peter houdt het drie seizoenen vol. ‘Stuk voor stuk’ is het begin van een schaakjournalistieke carrière die onze clubgenoot op het mondiale podium brengt. Hij start een eigen website (‘Doggersschaak’) en breekt na de millenniumwisseling als ‘amateur’ internationaal door met ‘Chessvibes’. Zo schrijft ‘kasparovchess.crestbook.com’ op 30 oktober 2006 over Петер Доггерс (Peter Doggers): надо заметить блог сделан довольно профессиоиально (opgemerkt moet worden dat de blog behoorlijk professioneel is gedaan). Inmiddels is Peter werkzaam voor ‘Chess.com’, een topper onder de schaakwebsites.

Purmerend-speler Warner de Weerd gaat na de zomer van 1999 door met ‘Stuk voor stuk’. Dezelfde opzet, hetzelfde niveau. Maar de tijden veranderen nu wel. Er zijn bij het krantenconcern reorganisaties en bezuinigingen. Na 2003 gaat de rubriek nog enkele jaren verder, afwisselend in het Dagblad voor West-Friesland en de Alkmaarsche Courant, later alleen in de Alkmaarse editie. Op 25 september 2008 schrijft Warner, die een andere baan krijgt, zijn laatste ‘Stuk voor stuk’.

Anno 2021 verzorgt Dimitri Reinderman de schaakrubriek in alle edities van het huidige NHD dat voortgekomen is uit een fusie tussen het Noordhollands Dagblad en de Verenigde Noordhollandse Dagbladen. De enige grootmeester die als schaaktalent in Hoorn is opgegroeid treft het met het coronatijdperk niet, maar zorgt toch – en alweer bijna een jaar – voor een rubriek van niveau. In een veranderd medialandschap is de verslaggeving van het regionale schaakleven een herinnering geworden.

Midweek van 1996 tot 2008: mooie woensdagen voor Caïssa en De Eenhoorn.