Mooiste uitwedstrijd van Nederland

In eerste instantie rijden we goed, maar als we op de laatste rotonde binnen de bebouwde kom zitten slaat de twijfel toe. Hadden we op de doorgaande weg toch rechtsaf gemoeten in plaats van linksaf? Die richting nemen we alsnog en dan zien we een bekende fietser: Henk Vedder. Maar: hij rijdt ons tegemoet! Weer keren en ‘mister En Passant’ achterna. Dan blijkt dat we op de eerstgenoemde rotonde wel goed waren en nog een paar honderd meter door hadden moeten rijden.

‘We’ zijn Robin Duson (dames eerst), Robbert van Dijkhuizen en schrijver dezes, allebei invaller voor Caïssa-Eenhoorn 2. Robin is basisspeelster. De start van de KNSB-competitie 2018-2019 levert ons de mooiste uitwedstrijd van Nederland op. Naar En Passant, de landskampioen van 2013, 2014 en 2016. Zijn er schaakverenigingen in Nederland die een eigen clubgebouw hebben? En wat voor één! Eerst zien we een echte schaaktoren, van een meter of vijf hoog. Daarachter de entree en daarachter een kubus – misschien wel 6,4 meter  hoog – met een zijmuur met 32 witte en 32 zwarte vierkanten.

Op een perk voor het clubgebouw staat op een schuine helling een beeld van een grote schaakkoning. Dat wordt overeind gehouden door een kleine dame. De symboliek is duidelijk: als zij er niet is, valt de vorst van zijn voetstuk.

En Passant 2 – Caïssa-Eenhoorn 2 is een eersterondeduel in de derde klasse C. Een jaar geleden won ons team, toen in Hoorn, met 4½-3½. De ploeg uit Bunschoten-Spakenburg handhaafde zich dankzij een sterke eindsprint (winst in de laatste twee wedstrijden, onder meer tegen concurrent De Amstel) op het nippertje op dit niveau en hebben wij de mazzel dat we weer tegen EP spelen, in zijn eigen denksportcentrum nog wel. Hoewel, mazzel, aan het einde van de middag staan we met lege handen (5½-2½) en had mazzel wellicht voor een andere uitslag kunnen zorgen.

In de ronde toren is het bargedeelte. Als ik voor mijn opponent William van de Groep en mezelf iets wil bestellen, kan ik alleen maar betalen met een briefje van vijftig euro. Zoveel wisselgeld, zo vroeg op de zaterdagmiddag, is er niet in de kas. Later, als mijn partij is afgelopen, ontwaar ik op een sponsorbord een uitvergroot biljet van vijftig euro met daarop de tekst: ‘Doe ons een plezier, wissel deze niet hier’. De koffie wordt opgeschreven en vlak voor het verlaten van het gebouw kan de rekening alsnog worden betaald.

De speelzaal is in de kubus. Er staan twee wedstrijden op het programma, want het vlaggeschip van En Passant speelt ook thuis, tegen het naar de meesterklasse gepromoveerde De Stukkenjagers. Vorig seizoen veroverden de Tilburgers de titel in de eerste klasse B.

Aan de tien borden van de thuisploeg liefst tien titelhouders, al kunnen regerend landskampioen LSG/IntelliMagic en Kennemer Combinatie (’s lands beste in 2017) dat ook overleggen. Guido de Romph, teamleider van En Passant, heet in het bijzonder Lucas van Foreest welkom. Hij maakt zijn debuut – overgekomen van SISSA dat vrijwillig van de meesterklasse naar de derde klasse is teruggegaan – voor de club uit Bunschoten-Spakenburg en ontvangt een bos bloemen, omdat hij onlangs grootmeester is geworden.

Een bloemetje van En Passant-teamleider Guido de Romph voor Nederlandse nieuwste grootmeester, Lucas van Foreest.

We verkeren dus in een sterk gezelschap, maar dat mag niet inspireren tot een sterke prestatie. Aanvankelijk verlopen de zaken overigens niet slecht. Robbert van Dijkhuizen heeft vorig seizoen tijdens drie invalbeurten aan het achtste bord vijftig procent gescoord en doet dat nu weer. In een Siciliaan (Taimanov-variant) lijkt Arie van den Hoogen na 9. f4 iets beter te staan, maar verzuimt even later met e5 door te drukken en meteen grijpt Robbert de kans om het evenwicht te herstellen. Hij kan zelfs de pion op f4 winnen, hoewel de actievere stelling van zijn opponent voldoende compensatie geeft voor gelijk spel. Wit houdt nog even het initiatief vast. Ondertussen is er veel geruild en met alle torens en elk zes pionnen op het bord wordt de vrede getekend, al mist de witspeler kort voor het remise-aanbod een kans op pionwinst.

 

De Siciliaan, ditmaal de Moskou-variant, levert Ardjan Langedijk niets op. Er is snel veel activiteit op de damevleugel en Laurents van Twillert staat een tikkeltje beter, maar lange tijd is er voor zwart weinig aan de hand. In een gelijkwaardige stelling verzuimt EP’s tweedebordman zijn koning van de witte diagonaal naar h1 te halen en dat kost hem zijn f3-pion. In een spannend eindspel met alle zware stukken en lopers van gelijke kleur verzuimt Ardjan op zijn beurt om na een loperschaak juist het hoekveld (h8) op te zoeken. Ineens staat zijn koning heel kwetsbaar en als hij in een verloren stelling zijn dame gaat verspelen, is het over en uit.

 

Sjors Broersen is de topscorer van de afgelopen competitie (6½ uit zeven) en ik kan niet schrijven dat hij de weg vervolgt waar hij vorig seizoen is gestopt, want zijn laatste partij eindigde in remise. Wellicht is zijn zege op Johannes Kossen dit jaar ook de eerste in een reeks van zes. De kopman van Caïssa-Eenhoorn 2 neemt in een Siciliaan (het blijft gevarieerd, Nimzowitsch nu) het initiatief en belaagt al snel de koningsstelling. Zwart moet in de verdediging kruipen en continu opletten op lastige zetjes. Het stelt Sjors in staat om bezit te nemen van de open d-lijn om van daaruit beetje bij beetje zijn positie te verbeteren. Dat levert op de dertigste zet pionwinst op. De beslissing valt als de zwartspeler zijn dame uit de defensie haalt om de onverdedigde A2-pion mee te snoepen. Via de d-lijn en de zesde rij zijn alle zware stukken van wit gericht op een superieure aanval die met toren- en partijwinst wordt bekroond.

 

Van de partij van Joseph Molenaar heb ik weinig meegekregen, maar met zijn remise tegen Jasper Reichardt komt de tussenstand op 2-2.

Net als een jaar geleden zitten Robin Duson en Robin Reichardt tegenover elkaar, ditmaal met verwisselde kleuren. De drievoudig Nederlands jeugdkampioene speelt Benoni, maar wordt opgezadeld met een vervelende achtergebleven pion op d6. Als die sneuvelt, beschikt wit over een vrijpion op d5. Met enkele sterke pionzetten (naar c4 en f4) verkleint ze de speelruimte voor haar opponent, maar het lukt haar niet om door te drukken. Robin – de Hoornse – krijgt de kans om een paard op c3 te slaan en doet dat niet. Haar aanvalsplannen op de damevleugel lopen vast en Robin – de Bunschoots-Spakenburgse – grijpt de gelegenheid om zijn d-pion op te spelen. Die haalt de zevende rij, waarna het paard in de strijd om promotie beslissend is.

 

Niet lang daarna delft ondergetekende ook het onderspit en leidt En Passant 2 met 4-2. Het gebrek aan partijen tegen 1900-spelers breekt me op tegen mede-invaller Willem van de Groep. Na zeventien zetten staat – in een Engelse partij – alles nog op het bord. Na een pion- en paardruil schuift zwart zijn f-pion door naar de derde rij. De stelling is gelijkwaardig, maar ik besluit gezien enkele mogelijke dreigingen om mijn loper op g2 te geven voor twee pionnen; de beste voortzetting is 22. Lh1. Wat later wordt met kwaliteitswinst de materiële achterstand verkleind. De zwartspeler houdt controle over de stelling, al zijn er kleine tegenkansen. Die vallen weg als na een verkeerde inschatting bij een witte aanval op de koningsvleugel torenverlies onvermijdelijk is.

 

In de partij Sjoerd Drent – Arjon Buikstra zijn op de zesde zet op e2 paarden geruild, maar daarna wordt lange tijd niets geslagen. Na veel gemanoeuvreer is er op de 21e zet een pionruil op e6. Daardoor ontstaat een open f-lijn, waarop wit zijn torens verdubbelt. Met name door zijn passieve toren op h8 kijkt Arjon tegen een mindere stelling aan en na een grote afruil kost hem dat een pion. Maar de zwartspeler heeft een reputatie op het gebied van netelige stellingen en dat blijkt ook nu weer. De koningstoren is tot leven gekomen en hij kan in een toreneindspel, met ondertussen twee pionnen minder, afwikkelen naar remise. Daarmee is het wedstrijdresultaat bekend: winst voor de thuisploeg.

 

Een jaar geleden speelde Caïssa-Eenhoorn 2 thuis tegen En Passant 2, maar voor dat duel moest het Hoornse team uitwijken naar een binnenstadscafé: Chez Dick. De enige die nu bij Dick is, is Jochem Woestenburg die tegenover Dick de Graaf zit. Nog een ‘mister En Passant’ en goed voor 23 partijen in de meesterklasse in de afgelopen zes seizoenen.

Hij komt bijna een uur te laat en het opzetten van een Schotse partij is dan ook toepasselijk; het tijdsverschil met Schotland is immers een uur. Jochem gaat ondernemend te werk, maar hij verslikt zich bij de zestiende zet. Met een paardschaak dat pionwinst oplevert, lokt zwart de verdediger van een paard op b5 weg. Bovendien is het verband in zijn pionnenstructuur enigszins weg. Zijn loperpaar kan daardoor beweeglijk zijn, maar dat geldt tevens voor een loper en een paard van zijn opponent. De En Passant-routinier speelt secuur, al mag wit tot rond de tijdcontrole hopen op een resultaat. Naast de beide lichte stukken beschikken beiden over een toren en heel geduldig zoekt Dick naar de beste velden om zijn stelling zo sterk mogelijk te maken. Daarbij schuwt hij een kwaliteitsoffer niet. Zwart pakt zo nog wel twee pionnetjes mee. De Hoornse toren is op de achtste rij beland en kan daar weinig aanrichten. Hij zit min of meer opgesloten en met de ondersteuning van een actieve koning wil de zwartspeler zijn pionnenmeerderheid op de damevleugel uitbuiten. Als een Bunschoots-Spakenburgse vrijpion op de f-lijn de witte koning terugdringt, kan zwart aansluitend een paardvork met schaak geven en dreigt nog meer materiaalverlies: 5½-2½.

 

Toch krijgt de schaakdag in het denksportcentrum van En Passant een Hoornse winnaar. Bij binnenkomst worden de handen geschud met clubgenoot Sernin van de Krol die als wedstrijdleider in de meesterklasse, bij En Passant – De Stukkenjagers, debuteert en En Passant 2 – Caïssa-Eenhoorn 2 er op verzoek van de thuisclub bij doet. Het wordt een uitstekende entree in ’s lands topklasse. Hij spreekt de aanwezigen in het Nederlands en Engels toe, want En Passant heeft grootmeesters opgesteld van wie de wieg stond in de Sovjet Unie (Vitaly Kunin, nu Duitser), Oekraïne (Michael Feygin, eveneens Duitser nu) en Georgië (Alexandre Dgebuadze, tegenwoordig Belg). Beide duels verlopen zonder enige wanklank.

Wedstrijdleider Van de Krol: debuut in de meesterklasse.

Als alle wedstrijdformulieren zijn ondertekend en we naar buiten lopen, vult de lucht boven Bunschoten-Spakenburg zich met een flink aantal ballonvaarders. En laat ’99 Luftballons’ van de Duitse popgroep Nena nu net Sernins favoriete liedje zijn!

Robin Duson (links) en Robbert van Dijkhuizen (rechts) komen bij aankomst een bekende tegen: De Stukkenjagers-speler Lars Vereggen.

En binnen nog een bekende: wedstrijdleider Sernin van de Krol. Clubgenoot Robbert van Dijkhuizen kijkt toe hoe Sjors Broersen, kopman van Caïssa-Eenhoorn 2, zijn mobieltje inlevert.

Sernin van de Krol, debuterend wedstrijdleider in de meesterklasse, richt het woord tot de spelers van En Passant en De Stukkenjagers Op de voorgrond Anna-Maja Kazarian (links) en Richard Vedder namens de thuisploeg en hun respectievelijke opponenten Luuk Baselmans en Jordy Schouten.

Hij leest ook de opstellingen voor van En Passant 2 - Caïssa-Eenhoorn 2. Op de voorgrond vlnr Ardjan Langedijk, Jochem Woestenburg en Arjon Buikstra, spelers van de gastploeg.

De hoogste borden van Caïssa-Eenhoorn 2. Vlnr kopman Sjors Broersen, Ardjan Langedijk, Jochem Woestenburg en Arjon Buikstra (die tegen Sjoerd Drent speelt).

Robbert van Dijkhuizen (links), Robin Duson en Joseph Molenaar zijn ook klaar voor de wedstrijd tegen En Passant 2. Op de lege plaats hoort de fotograaf te zitten.

Jochem Woestenburg (rechts) kijkt tegen een lastige stelling aan in zijn partij tegen Dick de Graaf.

William van de Groep (links) kijkt naar de zetten van ploeggenoot Dick de Graaf die tegen Jochem Woestenburg (rechts) aan de winnende hand is. Op de achtergrond heeft ook de ontknoping van En Passant - De Stukkenjagers plaats. Meesterklassewedstrijd, dus iets meer toeschouwers.

Zo zijn de verhoudingen. Als de dame er niet zou zijn, valt de koning van zijn voetstuk.

,,Hast du etwas Zeit für mich, dann singe ich ein Lied für dich...

...von 99 Luftballons auf ihrem Weg zum Horizont.''

 

4 thoughts on “Mooiste uitwedstrijd van Nederland

  1. Geweldig verslag Co van een jammer genoeg verloren teamwedstrijd. Zelf moeten invallen en dan nog zo een stuk maken. Klasse. Dat moet op 6 okt. zeker beter en hopelijk is er veel belangstelling voor de 3 teams in de Kreek bij hun eerste thuiswedstrijd.

  2. Mooi verslag en uiteraard mooie reclame van het Denksportcentrum. Jullie zijn een volgende keer wederom van harte welkom. We hopen dan een pinautomaat te hebben 🙂

Reacties zijn gesloten.