Op dinsdag 18 mei 1926 sloot Caïssa het schaakseizoen af met een gongwedstrijd. Twintig spelers werden in vijf groepen van vier ingedeeld en de eerste prijzen gingen naar Alfred Bolland, Koen de Vos, D. Bos, Jo Heideman en Leo Ruijgrok. Uit het verslag in Onze Courant van drie dagen later: ,,Mej. Best die zoo welwillend was de gong, in dit geval een voorzittershamer, te bedienen, oogstte van den voorzitter een hartelijk bedankje.’’ Sinds gisteren ligt die voorzittershamer in het archief van Caïssa-Eenhoorn.
Cees Renckens (rechts) overhandigt de eerste voorzittershamer van onze club aan Caïssa-Eenhoorn-voorzitter Co Buysman.
Onze vereniging is op 15 januari 1923 opgericht en schrijver dezes is al enige tijd bezig met het verzamelen van historisch materiaal. Daarbij gaat het niet alleen om kranteknipsels en informatie uit tijdschriften van lang geleden. Zo is de medaille die Caïssa won door bij zijn debuut in de competitie van de Nederlandsche Schaakbond (seizoen 1924-1925) meteen kampioen te worden, boven water gekomen. Dat geldt ook voor de prijzen die Caïssa veroverde in de eerste competitie van de Westfriesche Schaakbond (1932-1933).
Onlangs ging er een verzoek naar Oud Hoorn om een bericht op te nemen in het kwartaalblad. Daarin werd aan leden van de historische vereniging gevraagd om informatie over de Hoornse schaakgeschiedenis. Het blad verscheen vorige week en al snel kwam de eerste reactie. Cees Renckens was aan het opruimen en had de eerste voorzittershamer van Caïssa gevonden. Hij wilde die beschikbaar stellen aan Caïssa-Eenhoorn.
Gistermiddag heb ik het kleinood opgehaald. Het lid van Oud Hoorn heeft de hamer geërfd van zijn opa Cees Ursem, die bij de oprichting van Caïssa betrokken was en zo’n dertig jaar bij de club heeft geschaakt. In een plezierig gesprek bleek bovendien dat twee broers van Cees Renckens (Jos en René) ook bij onze vereniging hebben gespeeld alsmede zijn schoonvader Frans Stenneberg. De historie van Caïssa-Eenhoorn is aan het einde van het 98e jaar weer iets completer geworden.
Het bericht in Oud Hoorns tweede kwartaalblad van 2020.